Pagina-afbeeldingen
PDF
ePub

zaeijen verkregen hebben, vergaderen zy al de liefhebbers hunner maetschappy, om aen die nieuwe plant eenen naem te geven, die terstond op hunne algemeene bloemlysten wordt gesteld en door de dagbladeren verkondigd. Die nieuwe namen worden meest gekozen onder die van merkwaerdige mannen, zoo als keizers, koningen, prinsen en graven, of anderen die zich binnen hun leven door eenige bezondere daden of in de kunsten en wetenschappen vermaerd hebben gemaekt, waeronder men ook de namen van onze twee wydvermaerde belgische bloemkunstschilders, Van Spaendonck en J. Van Daele, bemerkt.

Men vond in het jaer 1844, omtrent 400 soorten op die bloemlysten, waervan de laetste nieuwe met de volgende namen zyn bestempeld: Hyacinthus Pasquin, met dubbele schoone bloemen; H. amethiste, H. Pythagore, met dubbele witte bloemen; H. triomphans, met blauwe dubbele bloemen; H. Dorveillier, met hoog hemelsblauwe bloemen; H. bruidkleed, met dubbele roode bloemen; H. Bouquet, met dubbele hoog roode bloemen; H. Mirabeau, met dubbele helder blauwe bloemen; H. gloria floreum, met dubbele schoone blauwe bloemen; H. roozehart, met rooze bloemen; II. Masolom, met dubbele blauwe violette bloemen; H. furius camillus, met dubbele schoone vleeschkleurige bloemen; H. ophyr, met dubbele geelkleurige bloemen; H. Agatha Catharina, met dubbele roode levende bloemen; H. Suzanna Elizabeth, met dubbele blauwe bloemen; H. Monbyou, met donker blauwe bloemen; H. Anne Marie, met dubbele zuiver witte bloemen en purpere harten; H. États-généraux, met dubbele effen witte bloemen; H. overwinnaar, met hoogblauwe blinkende bloemen; H. opulence, met roodblozende bloemen; H. Bouquet d'amour, met roodkarmyne bloemen; H. keizer Alexander, H. Willem I, H. prins van Oranje, H. duc de Thol, H. koningin van Nederland, H. prinses van Oranje, H. prinses Victoria, H. belgicus, H. coeruleo, H. azureus, H. comosus, H. moschatus, H. muscari majus, H. plumosus, H. ramosus, H. romanus Bellivalia, H. roseus, en zeer veel andere nieuwe soorten, wier getal nog alle jaren vermeerdert.

Men vindt nog twee soorten van die Cymbolinen, die in België

veel in de bosschen wassen; namelyk den Hyacinthus nonscriptus van Linnaeus, die in Vlaenderen, te Oosterzeele en Moortzeele, en ook in Henegouwen, omtrent Aih, Bergen en Doornyk groeit, met scherpronde bladen, en steng die maer omtrent 20 of 25 centimeters hoog wast; bloeit van april tot in mei, met hellende aren op de topjes, klok vormige bloemkransjes en tweevoudige bloembladen, die blauwachtig wit zyn; en den Hyacinthus Botrioïdes, die veel in de bosschen omtrent Brussel, Laken en elders groeit, met halfronde, opene bladen, op de wyze van een gootje, en meest in mei bloeit, met bolronde bloemkransjes en blauwachtige bloempjes, die op de toppen der stengels druifwyze hangen.

De Hyacinthus cernuus en de Hyacinthus serotinus wassen veel in de gebergten van Spaenje; de Hyacinthus viridis en de Hyacinthus revolutus zyn van de Kaep; de Hyacinthus monstruosus met zyne groote, eironde bloemkranjes, groeit veel in het Zuiden van Frankryk; zy worden meest allen in België by veel liefhebbers gekweekt.

De wortels van alle deze planten zyn knobbelachtig of bloembollen, die eene bloemsteng uitschieten; zy bloeijen allen met cenen driedeeligen bloemkrans, nevens een driedeeligen kelk; verder, met zes meeldraden, een stamper en een driedecligen stempel.

Zie hier de wyze om de Cymbolinen te zaeijen en schoone medesoorten te bekomen: Men zorgt in de lente van de Hyacinten, die bestemd zyn om zaed voort te brengen, op een bloembed, te samen met 12 of 14 verschillige byeen te planten, die in het bloeijen eene schoone verzameling maken, en met haer natuerlyk bloemstof elkander vruchtbaer maken, zonder dit kunstmatig te verrigten; als men ziet dat het eijernestje in den bloemkrans begint te bersten en geheel met zwarte vlekjes wordt bedekt, snydt men het zaed met den stengel af en laet het in den lommer op eenen linnen doek droogen, om in den herfst op het einde van september op teilen of in potten, met goeden fynen turfgrond gevuld, te zaeijen; men bedekt het zaed met 3 of 4 linien aerde, en belegt het boven met fynen mos; eer het begint te vriezen, zet men die teilen in de oranjery, op een goede standplaets

om die met zorg te koesteren, en als de jonge planten twee of drie blaedjes hebben verkregen, tracht men zooveel mogelyk die op lauwe broeibakken onder het glas met dolkens te verplanten; maer zy moeten by tyds een goede lucht genieten. Nadat die jonge planten, met den volgenden zomer hare bloemboltjes hebben gemaekt, en de bladen geheel verdroogd zyn, zorgt men van die jonge bloemboltjes op tyd uit de aerde te nemen, en legt die tot in october in het fyn droog zand, om alzoo weêr op bakken in de aerde te planten; het tweede jaer beginnen zy gemeenlyk al nieuwe kleine bloemboltjes te maken, en de wyze van die in het zand te leggen, en vervolgens in de aerde te planten wordt drie jaren lang verrigt; want het is maer het vierde jaer dat zy beginnen volmaekte bloemen te dragen. Het zyn gewoonlyk die vyfjarige bloembollen die de schoonste bloemen geven, en die de haerlemsche en utrechtsche bloemisten verkoopen en naer vreemde landen verzenden; waermede zy herhaelde malen, by de ten toonstellingen te Gent en elders, bekroond zyn.

Die bloembollen behouden in potten maer twee jaren hunnen schoonen glans, en beginnen dan gemeenlyk hunne krachten te verliezen; maer als men die weder in den verschen nieuwen grond plant, en daer twee jaren laet in bloeijen, maken zy nieuwe groote bloembollen, die weder glansryker, schooner bloemen voortbrengen, welke aen die van de moederplant wel gelyken. Daer die bloembollen alhier meest in potten worden gekweekt, moeten zy natuerlyk van krachten en natuer verminderen, maer alle jaren in den vollen grond geplant, kunnen zy veel jaren overblyven.

Die bloembollen zyn vol lymerachtig sap. De baron Von Haller merkt aen, dat de bloembollen te scherp zyn om inwendig te gebruiken, en braking kunnen verwekken, zoo als die van de wilde Tulpen. Op de bloemlyst van L. Van Houtte, te Gentbrugge, vindt men 476 soorten van die Jacinten of Cymbolinen.

CYNANCHUM, Periploca, in 't fransch Cynanque, in 't latyn Cynanchum, van Tournefort Apocinium periploca genoemd; door Jussieu onder de familie van de Hondendood-planten ge

steld, en onder de 5 klasse van Linnaeus, Pentandria digynia, planten die met vyf meeldraedjes bloemen en twee stampertjes hebben.

De Cynanchum met scherpe bladen (Cynanchum acutum) is eene langlevende kruidplant van Spaenje, die in Europa is verspreid, en groeit met windende stengels en langwerpige, gladde, hartvormige bladen; zy bloeit in juny, met eenen éénbladigen, vyfstippigen bloemkelk en roozebloempjes, die hollig zyn en een honigbakje schynen te hebben; de stempel is eenvoudig gedekt door een hol lichaemtje, de van een gescheidene stylen des stampers verbindende.

De Cynanchum van Montpellier (Cynanchum monspeliacum) is cene kruidplant van het Zuiden van Frankryk; zy groeit met eenen windenden stengel en gladde, puntige, hartvormige bladen; bloeit op de wyze van den voormelden, en brengt eene scheedevrucht voort, die zich in vyf bloemblaedjes verdeelt, welke somtyds een witachtig kleur hebben.

De draedvormige Cynanchum (Cynanchum filiformis) is cene langlevende kruidplant van de Kaep; zy groeit met lynvormige bladen en regle stengels, en bloeit met kransvormige bloemen.

Deze soort doet zich onderscheiden by de andere draedvormige planten van dit slach, waervan de heer Jacquin verscheidene soorten in zyne Historie der Planten van Amerika beschryft.

De bloote Cynanchum (Cynanchum viminale) is een langlevend houtachtig kruidgewas van Azië; het groeit met windende stengels zonder bladen, en wordt alhier om zyne schoone bloemen -in de matige serren gekweekt.

De Cynanchum undulatum en de C. racemosum yan Amerika met windende stengels, worden ook by sommige liefhebbers gekweekt.

De heer J.-J. Lerche schryft dat de Cynanchum acutum ook veel in Rusland, aen de Kaspische Zee groeit; in welker omstreken men bevonden heeft, dat de meeste paerden, aldaer weidende, stierven; doch min de kameelen, runderen en schapen. De reizigers, daer komende, moesten om die reden hunne paerden mondkluisters aendoen, die door deze voorzigtigheid min schade

leden; hetwelk heeft doen vermoeden, dat dit nadeel door het voeder van die vergiftige plant veroorzaekt werd. De heer Gmelin heeft ook die plant nauwkeurig in het derde deel van de Flora siberica beschreven. D. De Gorter heeft ook besloten dat de Cynanchum acutum een kruid is welk de paerden doet sterven, en een zeer hinderlyk en doodelyk gewas is, inzonderlyk voor de viervoetige dieren. De bladen daervan tusschen brood of vleesch vermengd, en aen honden, wolven, vossen of andere vreede dieren voorgeworpen, brengen die weldra ter dood. De inwoners en landbouwers van Spaenje en Zuid-Frankryk doen alle mogelyke pogingen om die plant in hunne weiden en velden, alwaer de paerden en andere kruidetende dieren verkeeren, te verdelgen.

CYRTANTHUS, in 't fransch Cyrtanthe, in 't latyn Cyrtanthus, is onder de familie van de tydlooze planten gesteld, en onder de 6o klasse van Linnaeus, Hexandria monogynia, planten die met zes meeldraedjes bloemen en maer een stampertje hebben.

De Cyrtanthus met schuinsche bladen (Cyrtanthus obliquus) is eene langlevende, dikke bloembol-plant van de Kaep, die alhier in de matige serren wordt gekweekt, en groeit met schuinsche, platte, effene, dikke bladen, van omtrent 30 of 35 centimeters lang, waertusschen een stengel uitspruit, rood op den top, die omtrent 40 of 45 centimeters hoog groeit, en meest in july met tien of twaelf hangende bloemen is bekroond, die cen schoon blinkende rood kleur hebben.

De Cyrtanthus met smalle bladen (Cyrtanthus angustifolius) is cene langlevende bloembolplant van de Kaep; zy bloeit alhier in de matige serren, van mei tot in july, met bloemtrosjes op de toppen der stengels, en schoone rood blozende bloemen, die dikwils nog eens in october bloeijen.

De Cyrtanthus met gestreepte bloemen (Cyrtanthus vittatus) van de Kaep, groeit met smalle bladen, en bloeit met allerschoonste wit en rood gestreepte bloemen.

Deze schoone planten, die veel betrekkingen met den Ama

« VorigeDoorgaan »