dezen had DION het eerst te Athene zijnen intrek genomen (Z. hier bov. bl. 40.) en hij was hem behulpzaam geweest tot de inwijdinge in de Eleufinifche Mysterien (Z. bened. bl. 139 en de aant. ald.) Toen DION uit zijne Ballingschap het eerst in zegepraal te Syracufe binnentrok, bekleedde hij zijne eene zijde. Z. bl. 73. LEVEN VAN BRUTU S. Bladz. 52, r. 12. De woorden voor hun dienen weggelaten, of, in plaats van hun, gelezen te worden hem. 84, r. 4. van beneden, door oefeningen matigheid"] . door oefening en matigheid, Bladz. 90. Aanteek. let.c Van 't gene hier 39 tusfchen gevoegd is"] Lees: Van 't gene in den oorfpronkelijken tekst hier tusfchen gevoegd, en in de Vertaling weggelaten is. --- 106, r. 7. van onder, staat CASPUS; lees CASSIUS. LE LEVEN VAN ARTA XERXE S. Bladz. 28, aant. (1) r. 4. breideloos]-1. breidelloos. 41, aant. (v) Text] 1. Tekst. 49, aant. (y) r. 15. Voeg 'er bij: van - 62, r. 22. als onbefchaamder] 1. onbe LEVEN VAN ARA TU S. Bladz. 110 aant. (m) achter het w. Sicyon te Bladz. 176, r. 7. Magarifche] 1. Megarifche. moet hier àchter het woord verlaaten worden geplaatst. ald. r. 10. op vlucht] 1. op de vlucht. 191, f. 4, 5. Het teken r. 13. kromtens] 1. krenten. 194, aant, (e) r. 4. Hier is achter Wapenen het woord droegen weggevallen. 202, 202, 1. 7. driehonderd] Verbeter: dertig. 219, r. 9. heheer] 1. beheer. 225, aant. (w) r. 1. genog] 1. genoeg. 226, r. 19, 20. Beotiers en Phacenfen] 1. Boeotiers en Phocenfen. -232, aant. (z) r. 8. Ewayp.] 1. Swayp. τ. 9. ὑσίη] 1. ὁσίκ. 234, r. 16. getuisgenisfe] 1. getuigenisfe. |